Hoe overleefde ik mijn promotietraject?
Hoe startte mijn promotietraject?
Een veel gestelde vraag is hoe je kan starten met een promotie. Hoe begin je hier aan? Eigenlijk is het antwoord heel simpel: je solliciteert en je wordt dan wel of niet aangenomen. Simple as that. Zelfde als met een ‘gewone’ baan. Een andere route is dat je zelf een subsidie aanvraagt (en ook daadwerkelijk krijgt), maar dat komt minder vaak voor.
Goed, solliciteren dus. Ik solliciteerde en werd aangenomen op een project over lichttherapie bij depressie tijdens de zwangerschap. Mijn startdatum was 1 augustus 2015. De eerste periode was ik vooral bezig met mij in te lezen in het onderwerp – want wat wist ik nou helemaal over lichttherapie en depressie en zwangerschap? – en in het doen van onderzoek. Ook startte ik direct met het schrijven van een onderzoeksvoorstel voor de Medische Ethische Toetsingscommissie (afgekort de METC). Omdat ik onderzoek deed met mensen, moest ik van te voren aan de METC goedkeuring vragen. Deze commissie beoordeelt of je wel ethisch te werk gaat en je geen gekke dingen doet met je proefpersonen. (Bijvoorbeeld mensen van een balkon duwen om te kijken welke botten ze het vaakst breken. Zou gek zijn.) Zonder hun goedkeuring mag je niet starten. Denk trouwens niet dat je er met een A4-tje vanaf komt. Uh-uh. Mijn protocol was iets van 50 pagina’s lang en daarnaast kwamen er nog ontzettend veel documenten bij kijken, van proefpersoneninformatie tot veiligheidsdocumenten.
Parallel daaraan schreef ik het protocol van de studie voor een wetenschappelijk tijdschrift. Mocht je nou nieuwsgierig zijn hoe zoiets eruit ziet, het resultaat kan je hier vinden. Met zo’n protocol ben je transparant en laat je precies zien hoe je het onderzoek uitvoert. Andere onderzoekers kunnen dan je eindartikel vergelijken met je protocol (heb je wel precies gedaan wat je zei dat je zou doen?) en eventueel ook je onderzoek repliceren, oftewel herhalen.
Omdat ik onderzoek deed met mensen, moest ik ook een speciale cursus volgen: de Basiscursus Regelgeving en Organisatie voor Klinisch Onderzoekers (afgekort de BROK). Ook zonder een certificaat hiervan mag je niet met je onderzoek starten.
Omdat ik voor mijn onderzoek samenwerkte met een bedrijf waren er allerlei afspraken nodig die werden vastgelegd in een contract. Helaas kostte dit heel veel tijd, dus ik kon pas uiteindelijk pas in juni 2016 het complete dossier indienen bij de METC, bijna een jaar nadat ik was gestart dus. In november 2016 kreeg ik dan eindelijk het officiële groene licht en kon ik van start gaan met mijn onderzoek.
Omdat ik in de tussentijd zo lang aan het wachten was op het groene licht van de METC, was ik alvast gestart met het schrijven van een artikel waar de data al voor verzameld was door iemand anders. Je moet toch wat.
Hoe ging het toen verder?
Van november 2016 tot maart 2019 was ik vooral bezig met mijn onderzoek naar lichttherapie. Ik was toen bezig met het werven van deelnemers, het includeren van deelnemers, huisbezoeken afleggen waarin ik spullen bracht of juist ophaalde, het afnemen van vragenlijsten, noem maar op. Hiervoor reisde ik letterlijk door heel het land, van Zuid-Limburg tot en met de Waddeneilanden. In totaal had ik 67 deelnemers geïncludeerd en per deelnemer legde ik tussen de vier en zes bezoeken af, dus reken zelf maar uit hoeveel van mijn tijd ik daar wel niet mee bezig was. (Spoiler: veel.)
Gelukkig had ik ook een heel team aan studenten die een deel van deze bezoeken aflegde en een aantal metingen deed in het kader van hun stage. Daarnaast schreven ze hun scriptie, waar ik ze bij begeleidde. In totaal heb ik 16 bachelor- en masterstudenten begeleid tijdens mijn promotieonderzoek.
Naast deze werkzaamheden was ik ook volop bezig met het schrijven van wetenschappelijke artikelen. Voor je proefschrift is het namelijk belangrijk dat je een aantal artikelen hebt geschreven over het onderwerp waarop je promoveert. Per universiteit / afdeling / onderzoeksgroep / onderwerp is het weer anders hoeveel artikelen je geschreven moet hebben, maar meestal is dat ergens tussen de vier en de zes. (Uiteindelijk heb ik zeven artikelen geschreven, waarvan zes in mijn proefschrift zijn geëindigd.)
Ook besloot ik om in september 2016 te starten met een tweejarige master, deze was klaar in augustus 2018. Deze masteropleiding, Evidence Based Practice in Healthcare, leidt je op tot klinisch epidemioloog. Hier leer je alle ins en outs rondom het opzetten en doen van onderzoek.
Gedurende mijn hele promotietraject bezocht ik ook nog allerlei congressen over lichttherapie, over zwangerschap en over psychiatrie. Vaak presenteerde ik hier ook de resultaten van mijn onderzoek. Zo heb ik congressen bezocht in Leiden, Rotterdam, Groningen en Amsterdam, maar ook in Duitsland, de Verenigde Staten en Denemarken.
Verder heb ik nog een aantal aanvragen geschreven om daarmee geld binnen te hengelen, zodat ik van dit geld bijvoorbeeld een congres mee kon bezoeken of om mijn reis naar Denemarken (deels) mee te bekostigen. Want ja, in de wetenschappelijke wereld is geld altijd op en heb je altijd meer nodig.
Hoe eindigde mijn promotietraject?
In maart 2019 stopte ik met het werven van nieuwe deelnemers en ging ik echt richting het einde van mijn promotie, mijn contract stopte immers in augustus. Ik ben toen bezig geweest met de laatste metingen afronden, mijn artikelen afmaken en ook met het schrijven van de rest van mijn proefschrift (dat hield bij mij in: inleiding, discussie, samenvatting, portfolio, CV en dankwoord).
Twee maandjes later, in mei, vertrok ik voor twee maanden naar Denemarken om daar nog een laatste onderzoek op te starten: ik ging daar onderzoek doen in de grote Deense bevolkingsregisters.
Eindelijk, in oktober 2019 (drie maanden na het beëindigen van mijn contract), heb ik mijn proefschrift kunnen inleveren. Na ongeveer een maand had ik mijn goedkeuring binnen en op 12 februari 2020 was het dan eindelijk zover: de verdediging. Zie de verdediging van je proefschrift als een soort intensieve mondeling, waarbij allerlei onderzoekers je 45 minuten lang je het vuur aan de schenen leggen over je proefschrift.
Lessons learned
Zoals ik deze blog al introduceerde: promotietrajecten gaan nooit van een leien dakje. Waar ben ik in mijn traject zoal tegen aangelopen en wat heb ik hiervan geleerd? (En wat kan jij hier misschien van leren?)
- Ik had ontzettend veel vertraging in het begin doordat het contract tussen de twee partijen maar niet afgerond werd. Helaas kon ik hier persoonlijk niet veel aan veranderen, omdat dit tussen de juristen liep. Dit was dus echt een kwestie van accepteren en kijken wat er in de tussentijd wél kon. Dat was in mijn geval bijvoorbeeld het schrijven van blogs voor allerlei websites, waarmee ik hopelijk deelnemers kon werven. Ook bezocht ik allerlei verloskundigenpraktijken en ziekenhuizen om hen te enthousiasmeren voor het meedoen aan mijn onderzoek.
- Als je onderzoek doet, doe je van te voren een berekening hoeveel mensen je nodig hebt voor je onderzoek. In mijn geval was dat 150 mensen. Ook doe je een schatting naar hoe lang je daar ongeveer mee bezig bent. In mijn geval was dat twee jaar. Helaas was deze schatting veel te rooskleurig en liep het echt niet zo’n storm in mijn onderzoek. Hier was het zéker niet een kwestie van accepteren, maar creatieve oplossingen verzinnen om toch zoveel mogelijk mensen te bereiken. Zo stortte ik mij volop in de social media, deed ik een interview op de radio en benaderde ik tijdschriften en kranten in de hoop gepubliceerd te worden. Dit lukte zeker niet altijd en kostte me heel veel tijd en energie. Maar ja, toen ik werd genoemd in de Volkskrant en in de Ouders van Nu leverde me toch weer een aantal aanmeldingen op.
- Mijn onderzoek betrof onderzoek met mensen. En ja, mensen zijn geen robots and life happens, dus niet alle vragenlijsten werden ingevuld. Niet alle speekselmonsters werden evengoed afgenomen. Niet iedereen wilde een plukje haar afstaan. Dit kan wel eens moeilijk zijn, want je wilt natuurlijk zo goed mogelijk je onderzoek doen en zo min mogelijk missende data hebben. Maar ja, wat ging ik dan doen? Mensen dwingen om toch de telefoon op te nemen? Ook als ze last hadden van hun depressieve klachten? Hier probeerde ik zo veel mogelijk data te verzamelen met goede instructies en reminders, maar ik accepteerde het ook als dat niet goed lukte. Het welzijn van de deelnemer stond voorop in mijn onderzoek. As it always should be.
- Zoals veel promovendi zullen herkennen: vier jaar was niet voldoende voor mijn onderzoek. Ik heb niet alle 150 mensen kunnen includeren en ik heb ook niet alle data al kunnen analyseren. Ik ben nu bijna tweeënhalf jaar na mijn promotie nog steeds betrokken bij verschillende artikelen over mijn onderwerp. Op dit moment ben ik de kartrekker van twee artikelen en hopelijk worden ze snel gepubliceerd. Er ligt nog ontzettend veel data te wachten om geanalyseerd te worden, maar helaas heb ik het te druk om dit op me te nemen. Het houdt een keertje op, ook omdat ik dit gewoon in mijn vrije tijd doe. Maar als iemand anders in de toekomst hier iets mee gaat doen, dan zal ik zeker nog een bijdrage leveren. Het blijft toch een beetje je kindje.
- Uiteindelijk heb ik niet de volledige 150 mensen kunnen includeren voor mijn onderzoek. Misschien dat je dat al eerder eens hebt gelezen op mijn socials, maar ik heb in mijn onderzoek geen statistisch significant verschil gevonden. Mogelijk was dit wel gelukt als ik voldoende mensen had onderzocht. Maar ja, het is wat het is. Ik heb mijn uiterste best gedaan en evengoed is mijn onderzoek het grootste onderzoek wat heeft plaatsgevonden in deze specifieke populatie. Zie zoiets dan ook zeker niet als falen.
- Dan tenslotte nog even een openhartige en persoonlijke les. In de wetenschap is het heel erg belangrijk om ervaring op te doen in het buitenland. Voor de rest van je carrière is dit een hele grote pre. Toen de mogelijkheid zich voordeed om twee maanden naar Denemarken te gaan, greep ik die kans dan ook met beide handen beet, ook al vond ik het toch best wel spannend. Truth be told: ik vond het zwaar. Ik werkte keihard in die periode, het kostte me veel geld, ik kende daar niemand, ik zat op een kamertje van 6 vierkante meter… Ik had ronduit heimwee. Achteraf ben ik heel trots op mezelf dat ik het heb volgehouden en het ook tot een heel succesvol einde heb gebracht. Ik heb geleerd dat ik veel meer kan dan ik van te voren had kunnen bedenken, maar eerlijk, ik weet niet of ik het nog een keer zou doen.